TROJE-GOG MAGOG   |   ISMAROS-DOUARNENEZ   |   KUTHERA-LOTUSETERS   |   CYCLOPEN-FOGO,MADEIRA,KAMEROEN   |   AIOLIA-CORVO   |   LAISTRUGONIË-CUBA   |   AIAIA- SCHOUWEN, ZEELAND   |   HADES-WALCHEREN



ATLANTISCH AIOLIA

(CORVO, AZOREN)

Aiolos, god van de winden

Odysseus' eerste reis, deel 5


Legenda kaart Atlantische Oceaan:
Route I: (Janssen) Vanuit Troje door het Kanaal naar de Kikonen in Bretagne, de Lotuseters in Senegal, de Cyclopen in Kameroen, Aiolos op Corvo, de Laistrugonen in La Havana, terug naar Kirke in Zeeland.
Route II: (Wilkens) Gelijk aan I  tot aan Senegal, dan naar de Cyclopen op Fogo, Aiolos op Saba, de Laistrugonen in La Havana, terug naar Kirke in Zeeland.
Route III: (Cailleux) Na de Kikonen naar de Lotofagen op Hierro, naar de Cyclopen op Madeira, naar Aiolos op Corvo, verder gelijk aan I.
Gestreepte lijn: de tot heden gangbare zeil- en handelsroutes over de oceaan.



VAN CAMEROON, FOGO OF MADEIRA NAAR CORVO, AZOREN

Naar Aiolos

Daarop kwamen we aan op het eiland Aiolia, waar de
zoon van Hippotas, Aiolos, woonde, geliefd bij onsterfelijke goden.
't Eiland was goed aan te varen, maar was omringd door een muur van  
onaantastbaar brons. Als een steile rots rijst het de lucht in. (10,1 ev)

De volgende halteplaats van Odysseus' vloot is Aiolia, het eiland van de heer van de winden, Aiolos. Aangezien de Atlantische auteurs verschillende meningen hebben over de locatie ervan, zet ik eerst alle gegevens van Homeros op een rijtje:
- Aiolia is in tegenstelling tot het land van de Lotofagen en de Cyclopen echt als een eiland aangeduid.
- Het is goed aan te varen. Dit is een vertaling van het Griekse ploté, dat meestal vertaald wordt met 'drijvend', hetgeen onzin is, tenzij men het als een metafoor ziet voor een eiland dat bijvoorbeeld drijft in het zeewier. Het woord kan in het Grieks echter ook aanduiden "bevaarbaar, goed aan te varen, gemakkelijk bereikbaar". Dit is een zinvolle betekenis die past in de maritieme "pilot" voor de zeevaarder, de tweede laag van de Odyssee.
- Het rijst steil of glad omhoog, dat wil zeggen dat het van enige afstand als een conus in de Oceaan verschijnt.
- Aiolos wordt aangeduid als Hippotades, traditioneel vertaald als "zoon van Hippotas", een naam die verder onbekend is. Uiteraard gaat men ter verklaring uit van de Griekse etymologie hippos-paard, zodat de naam aanduidt "Ruiters zoon". Een Gallo-Germaanse etymologie, die gezien de achtergrond van Homeros meer voor de hand ligt, zou kunnen zijn: ippo=ebbe en tad =tidt=tij, hetgeen Aiolia een plaats geeft op de Oceaan met zijn getijden.
- Het eiland wordt omringd door een onbreekbare muur van brons. Aangezien Odysseus tweemaal zonder enig probleem te ervaren op het eiland landt, een keer zelfs met een zware orkaan, moet deze kwalificatie opgevat worden als een metafoor, zoals hieronder wordt verklaard.
- De afstand van de vorige halte, het land van de Cyclopen, naar Aiolia wordt niet door Homeros gegeven, zodat elk eiland op de Oceaan in aanmerking kan komen.
- De afstand en koers naar het vaderland van Odysseus, Ithaka, worden echter wel nadrukkelijk gegeven:

Maar hij liet ten behoeve van mij de Zefierwind waaien,
die de schepen en mannen naar huis moesten brengen. Toch had het
geen resultaat, want wij gingen ten onder door eigen verdwazing.  
Negen dagen voeren wij dag en nacht even snel verder.
Dan, op de tiende dag, dook het vaderland vóór onze ogen
op en we zagen vlakbij al mensen die bakens aanstaken!

Volgens deze tekst (10, 28 ev) krijgt Odysseus van Aiolos een gunstige westenwind (Zefuros) mee, vaart dus naar het oosten en krijgt op de tiende dag zijn vaderland in zicht. Aangezien Ithaka geïdentificeerd is als Cadiz, Jerez, is de positie van Aiolia simpel te achterhalen1. Met een gemiddelde snelheid van 10 km/u wordt een afstand van 1700-2200 km afgelegd. Het enige gebied dat op ca. 2000 km ten westen van Cadiz ligt is de archipel van de Azoren.
- De afstand naar de volgende halteplaats van de vloot is ook aangegeven.:

Daarna voeren we verder met depressieve gevoelens.
Op was de energie van de mannen, 't roeien was pijnlijk:
eigen domme schuld, want er was nu geen wind die ons voorthielp.
Zes dagen gingen we door zo, zes hele dagen en nachten.
Na die zes dagen bereikten we Laistrugonië's steile
burchtstad, Lamas' Telepulos.    (10,77 ev)

De tocht wordt voortgezet maar niet richting Ithaka, aangezien er geen gunstige wind woei, maar een die hen verder van huis bracht. Daarbij moesten ze ook vaak roeien. Waar kunnen zij na zes dagen roeien en (orkaan?)wind terecht zijn gekomen. Zes dagen varen betekent een afstand van ca. 14002000 km. De enige landen die in dat bereik liggen zijn New Foundland en Ierland. Geen van beide bestemmingen is door de Atlantische auteurs bekeken. In 10,86 staat namelijk dat "de banen van dag en nacht daar niet ver uiteen lopen", hetgeen wijst op een tropische of subtropische omgeving, waardoor hogere breedtegraden uitvallen.
- De aard van Aiolia is duidelijk. Het is de basis van de winden, die Aiolos als opzichter onder zich heeft:

Toen ik echter op mijn beurt vroeg naar de koers en om hulp bij
ons vertrek, was hij zeker niet negatief. Nee, hij steunde
mij, gaf een zak, net gemaakt van de huid van een negen jaar oude
os, en hij stopte daarin de koersen van bulderende winden.
Kronos' zoon had hém immers tot windopzichter gemaakt, die
elke wind naar believen mocht laten stoppen of waaien.
Die bond hij vast in mijn holle schip met een zilverwit, blinkend
koord, zodat, hoe zwak ook, geen zuchtje wind kon ontsnappen. (10,17 ev)

In dit fragment vertrekt Odysseus van Aiolos en ontvangt een leren zak van een negenjarige os: De toevoeging 'negen jaar oud' is betekenisloos tenzij het betrekking heeft op Nehalennia.2
- Aiolos heeft twaalf kinderen waarmee ongetwijfeld de twaalf winden worden bedoeld volgens het zodiaksysteem (Wilkens 224). Dat komt overeen met het twaalfwindensysteem van Ptolemaios (120 n.C.) dat weer gebaseerd is op de windroos van Seneca. Zie afb. hieronder

Windroos van Seneca met Griekse en Latijnse namen,
waarbij Wilkens voor Zephyrus Ram, voor Aparctias Steenbok etc. invoert.

Zodiak-systeem volgens Wilkens


Aiolia volgens Gideon en Wilkens
De gelijkstelling van Aiolia met het Nederlands-Caribische eilandje Saba is een vondst van Gideon (p.58 ev), die daarna door Wilkens (p.241 ev) is overgenomen. De argumenten die zij aanvoeren zijn:
- De vaarroute die Homeros beschrijft is die van de golfstroom die vanaf Afrika naar de Caraïbische Zee loopt en terug midden over de Atlantische Oceaan (zie stippellijn op kaart). Ook de winden zijn dan meestal gunstig. Vanaf Fogo aan de Afrikaanse kust (Cyclopen) is de route naar Saba pal west via de passaatroute. De volgende halteplaats bij de Laistrugonen, Havana op Cuba, bevindt zich ook op deze route 2100 km verder, een afstand die in zes dagen varen kan worden afgelegd. Wilkens wijst nog op de ligging van de twee eilandjes bij Fogo (Ilhéus do Rombo), die door de Cycloop naar Odysseus zouden zijn geworpen en die een westelijke koers aangeven (zie Inleiding Cyclopen)
- Volgens een mondelinge bron van Gideon, kapitein Kila, zou er om Saba heen een koperhoudende bank liggen, hetgeen de regel "was omringd door een muur van onaantastbaar brons" zou kunnen verklaren. Wilkens noemt het een rifbarrière.
- Saba is een vulkaankegel (850 m hoog) die zomaar uit zee oprijst, hetgeen wordt aangeduid door de frase "Als een steile rots rijst het de lucht in."
- In de buurt van Saba zouden cyclonen ontstaan, zodat het begrijpelijk is dat Homeros Aiolos daar plaatst.
- Omdat Odysseus en zijn metgezellen de grot van de Cycloop hadden verlaten, door zich aan de rammen (Aries) vast te klemmen, zou het volgens Wilkens zeker zijn dat ze hun reis in westelijke richting voortzetten (zie bovenstaande schema (Ram=Zephyrus).
- De reis van Saba naar Ithaka (Cadiz) en weer terug (totaal ca. 12.000 km) lijkt op het eerste gezicht volkomen nutteloos en onbegrijpelijk. Het doel van deze tocht is volgens Wilkens echter "de zeelieden te vertellen dat er middenin de Atlantische Oceaan geen land is, zodat er een kortere route van Spanje naar het Caraïbisch gebied is dan die welke in de Odyssee wordt beschreven, maar dat deze kortere route door onbetrouwbare wind niet aan te raden is."

Over deze argumenten volgen hier enkele opmerkingen:
- Beide auteurs houden geen rekening met de onmiskenbare afstandsgegevens tussen Aiolia en Cadiz (Jerez), zoals hierboven is aangegeven. Daardoor komen zij uit op een inderdaad onbegrijpelijke tocht van 12.0000 km heen en weer. Gideon noemt deze duidelijk afstandsgegevens Aiolia-Cadiz zelfs 'schipperslatijn', alsof de Feniciërs speciaal deze afstand gefantaseerd zouden hebben. Als je het verre Saba als bestemming kiest, moet je natuurlijk noodsprongen maken!
- Er zijn vele eilanden in alle archipels van de Oceaan die als een conus uit zee oprijzen.
- Het eiland zou omringd zijn door een koperhoudende rifbarrière en daardoor moeilijk te benaderen zijn. In de tekst staat echter dat het goed te benaderen (ploté) is, dat Odysseus er ook tweemaal zonder problemen landt en dat je er vers water kunt halen, zie boven.

Aiolia volgens Cailleux
De zeevaarders wisten in de verre oudheid ongetwijfeld ook dat de Azoren een belangrijke rol spelen als het gebied waar depressies zich ontwikkelen met vaak westelijke of zuidwestelijke winden. Het verst gelegen Azoreneiland is Corvo (2200 km van Ithaka), dat door Cailleux als Aiolia wordt aangemerkt. Daarvoor geeft hij talrijke argumenten (PH 398 en PA 67):
-Aiolos wordt Hippotades genoemd, zoon van hippotas -ruiter. De oudste Arabische geografen, Ibn al Ouardi en Edrisi (1200 n.C.) melden dat er op Corvo bovenop de berg van de Kraai (Corvo) een ruiterstandbeeld stond dat met de rechterhand naar het westen wees3. Het had een soort Mexicaanse cape om en er stonden onleesbare inscripties op4. Op last van de Portugese koning moest het beeld naar Portugal verscheept worden, maar het brak in stukken en is bij de grote aardbeving van Lissabon in 1755 geheel verloren gegaan. Ook in Cadiz op de Torregorda stond een beeld dat een sleutel in de hand had en naar het oosten wees. De Torregorda is gebouwd op de oude Fenicische Almadabra van Hercules, een toren zonder ramen en deuren volgens de Arabische schrijver Ibn Ghahb, die als basis voor de tonijnvangst werd gebruikt. Op de Piziganikaart van 1367 staat op de plaats van het huidige Corvo of Flores een eiland Antilia (Antilha) afgebeeld als een gigantisch waarschuwend standbeeld met een Latijnse inscriptie: dat het op de kust van Antilia is geplaatst om het eindpunt van de zeeroutes aan te geven en dat daarachter een ondoordringbaar zeegebied ligt, hetgeen op de Saragossazee duidt.5 De naam Hippotades is te vergelijken met de naam die Hesiodos (fr.7, tijdgenoot van Homeros,) aan Aiolos gegeven heeft, Hippiocharmes, "Hij die vanaf een paard strijdt". Kennelijk heeft het ruiterstandbeeld iets met deze oude traditie te maken. In het Gallo-Germaans is de naam Hippotas te herleiden tot ippo -ebbe en tidt -getij/vloed, hetgeen het eiland sowieso in de oceaansfeer en de getijdemysteriën betrekt.6
-Op Corvo zijn zowel Carthaagse als Kurenaïsche munten gevonden, die door Humboldt als authentiek zijn geaccepteerd. Dit betekent dat er al ver vóór de Romeinen en Grieken Carthagers en Kurenaiers op Corvo geweest zijn.
-Odysseus slaapt tijdens het laatste deel van de reis en drijft wat naar het zuiden richting Ulisippo (Lissabon), dat volgens de Portugezen zijn naam aan Ulysses dankt. Lissabon heeft de herinnering aan deze gebeurtenis altijd levend gehouden. Oude legendes vertellen namelijk dat S.Vincente naar Lissabon werd gebracht op een schip dat geleid werd door twee raven, die als stuurlieden dienst deden. Deze raven werden in de tempel ondergebracht en daar op staatskosten onderhouden, zij zelf en hun nakomelingen. De raven zijn daarna in het wapen van Lissabon opgenomen7. Raaf = Corvo.  Deze christelijke legende lijkt een latere versie van Homeros' verhaal van de komst van Odysseus per schip naar Lissabon, geleid door de wind van Corvo. Zie wapen Lissabon.


-De kenmerken van het eiland: het is ploté, dat zoals hierboven is uitgelegd "goed aan te varen" betekent. Malte-Brun (190) meldt 'elle a des bons mouillages (ankerplaatsen)'. Deze auteur wijst ook op de ondoordringbare massa's algen, sargasse, die de nadering kunnen bemoeilijken. Sargazo is 'alg'  (Port.) en dit wier is bronskleurig, niet van brons, zodat we hier met een metafoor te maken hebben. Google zegt onder Corvo Sargozo: "there is a special relation to the entangling Sargossa Sea of weeds"


Verder rijst het eiland als een steile rots de lucht in. Vanuit de verte en vanuit het zuiden ziet Corvo er uit als een zwarte berg. Odysseus komt uit het zuiden (Madeira of Cameroon) en de haven bij Vila do Corvo ligt ook op het zuiden.
- Ten aanzien van de stormen waarmee Odysseus te maken krijgt wijst Cailleux nog op een uitspraak van een reiziger8: "Het is zo gevaarlijk om bij de Azoren aan land te komen dat de meest stoutmoedigen de moed verliezen, gezien het feit dat er op twee graden rondom deze eilanden gewoonlijk een wind waait die zo koud, geweldig en verschrikkelijk is, dat het de gevaarlijkste passage van de hele reis is....."

Opmerkingen ten aanzien van Corvo:
Alle gegevens uit Homeros die in het begin zijn genoemd kunnen op Corvo toegepast worden op één na: de zes dagen varen naar de volgende bestemming, die volgens alle Atlantische auteurs beslist Havana, Cuba moet zijn, op 5000 km van Corvo gelegen.
De koers die men moet varen om van Saba naar Havana te komen is NW, hetgeen wordt aangeduid door de tekens Vissen (Argestes, r.124) en Waterman (Thrascias, r.105), die in het verhaal over de Laistrygonen genoemd worden, en de afstand tussen beide eilanden is ca. 1500 km, hetgeen binnen het bereik van de zes dagen valt. Vanaf Corvo is de koers naar Havana ZW, dat wil zeggen tussen Ram en Stier (=Zephyrus-Lips) in, een richting die ook in de tekst te vinden is, en wel in r.85, waar in een merkwaardige zin gesproken wordt over het dubbele loon dat je er kan verdienen met het weiden van runderen en schapen, overdag en 's nachts. Zie de kaart met de verschillende routes hierboven.
Het probleem van de afstanden blijft echter aanwezig. Als de afstand van tien dagen tussen Corvo en Ithaka juist is, dan is Saba als bestemming onjuist, maar als de zes dagen tussen Aiolos en de Laistrugonen juist zijn, is Corvo onjuist.
Cailleux geeft als oplossing dat het getal zes (sechs, six) hier slechts symbolisch staat voor 'Saks', zoals dat ook het geval was bij de Kikonen (zes man per schip komen om), de Cycloop (zes mannen worden verorberd) en later in het verhaal bij Scylla en Charubdis (zes man komen om). De kusten bij de Kikonen aan de Bretonse kant en aan de Britse kant bij Scylla en Charubdis werden, ver voordat de Romeinen arriveerden, ook de litus saxonicum genoemd. Het Laistrugonen-verhaal stelt de botsing voor tussen de oude Saksonische cultuur, die vanuit het noorden (Scandinavië, Ierland) tot in de Caraïben was doorgedrongen, en de nieuwe Homerisch-Fenicische cultuur. Homeros zou met de aanduiding "zes dagen" dus aan willen geven dat de schipper die van de Azoren richting Havana vaart zich ervan bewust moet zijn dat hij een Saxonische gebied nadert en dat bij die koers de winden niet gunstig zijn en er vaak geroeid moet worden. Inderdaad is de omgekeerde koers Caribe-Azoren meestal goed te bezeilen waarbij de zeestroming aanzienlijk meehelpt. Bij de bespreking van de zesde etappe van Odysseus' eerste reis, zijn ontmoeting met de Laistrugonen, zullen we zien of Cailleux' oplossing acceptabel is.
- Een bevestiging van de identificatie van Corvo als Aiolia kan zijn dat de positie van Corvo, gezien vanuit de vorige halte (Cyclopen) Madeira of Cameroon (Cailleux resp. Janssen), een noordwestelijke koers oplevert, die in het schema van Wilkens (p.224) tussen Waterman en Ram in ligt9. Het teken Ram werd al bij de Cyclopen aangeduid door de grote ram van Polufemos, terwijl Waterman wordt aangeduid doordat de schepen van Odysseus voor de tweede maal op Aiolia landen om water te halen. Deze onnozele mededeling is alleen zinvol wanneer we haar zien als een nautische aanwijzing van de koers en/of als een maritieme aanwijzing voor goed aan te lopen havens.

De derde laag van de Odyssee
Terwijl de mythologische eerste laag een aantrekkelijk verhaal over de domheid van Odysseus en zijn mannen vertelt, is de tweede laag, die van de nautische aanwijzingen, hier en daar al aangestipt. Het gaat dan om afstanden en koersen, aanwijzingen over winden en zware stormen en waarschuwingen.
De derde laag, het inwijdingsverhaal van de noviet Odysseus, komt in dit verhaal op diverse manieren aan bod:
- Zoals hierboven al is aangeduid, moet de toevoeging 'negen jaar oud' bij de zak met winden zoals steeds bij Homeros betrekking hebben op Nehallennia. We zijn in deze fase van Odysseus' zwerftochten nog in het vóórtraject van de inwijding en "ennia"-zak met winden is de volgende test die Odysseus moet ondergaan. De winden symboliseren het reinigingsproces. Negen is het heilige getal dat staat voor vernieuwing, volmaaktheid, ontknoping en einde, gepaard met emotie, zodat we mogen aan nemen dat bij een succesvolle reis verdere reiniging niet meer nodig zou zijn geweest. Het reinigingsproces wordt tevens aangeduid door het "zilverwitte, blinkende koord" waarmee de zak van Aiolos wordt dichtgebonden. Helaas blijkt Odysseus nog niet zo zuiver wit te zijn! In Amerika kende men het eiland van Aiolos kennelijk ook: er bestaat een legende van de Chichimeken dat hun voorouders schipbreuk geleden hadden, opgevangen waren door valken (Azoren!) en op leren luchtzakken uit het westen overzee waren aangekomen (PA 74). Zie Inleiding Nehalennia over het heilige getal 9 en Calypso-Azoren.
-Het getal twaalf, dat symbool staat voor de voltooide cyclus, speelt in dit verhaal ook een mystieke rol. Odysseus is nog steeds met twaalf schepen, Aiolos heeft twaalf kinderen en is de baas over twaalf winden. Het is echter nog te vroeg voor de voltooiing van de inwijdingscyclus. Die komt pas na twaalf beproevingen.
- Er is dus sprake van een terugval in het inwijdingstraject. Het reinigingsproces door winden is onderbroken. Voor Odysseus is de les dat hij altijd waakzaam moet zijn maar ook op zijn bemanning moet vertrouwen en hun goede voorlichting (bv. over de inhoud van de zak) en verantwoordelijkheid moet geven. In r.75 maakt Aiolos ook duidelijk dat Odysseus zich door zijn inhaligheid en wreedheid (oog van Polufemos) gehaat heeft gemaakt bij de goden. Hij zal dan ook later door Poseidon worden gestraft. De maten worden wegens hun wangedrag, hun hebzucht en nieuwsgierigheid al in het volgende verhaal bij de Laistrugonen bestraft. Zo is Odysseus is in deze fase nog steeds de antiheld, door wiens schuld bijna al zijn maten omkomen, omdat hij net als zijn maten beheerst wordt door materialistische drijfveren.

Conclusie
De argumenten van Gideon en Wilkens voor de identificatie van Saba als Aiolia zijn zwak en voor een deel in strijd met de tekst van Homeros.
Cailleux brengt interessante argumenten uit de literatuur, legendes, etymologieën en archeologische vondsten naar voren voor zijn identificatie met Corvo. Zijn oplossing voor het probleem van de afstand Corvo-Cuba (zes dagen varen) lijkt plausibel en in overeenstemming met de theoretische onderbouwing in zijn werk Origine celtique...
De bevestiging van de koersen door toepassing van Wilkens' zodiakschema is voor mij aanleiding Cailleux' visie voorlopig te accepteren.
Ook in dit verhaal zijn de drie gelaagdheden van de Odyssee weer duidelijk aanwezig.


Noten
1. Zie Inleiding Ithaka.
2.Zie Inleiding Nehalennia.
3.De officiële datum van de "ontdekking" van de Azoren is 1432!
4.Thévet Cosm. Univ.
5.Bron: Scottish Geographical Magazine (1910) p.78 ev.
6.Neptunus kan op dezelfde manier ontleed worden in neap en tuin = doodtij en springvloed.
7.Murray's handboek: Espagne, Andalucia.
8.Thévet. Cosmog. univers., XXIII, ch. 7.
9.Of volgens het schema van Seneca, zie boven, tussen Zephyrus en Thrascias.



Afkortingen voor de boeken van  Th. Cailleux:
OC  Origine celtique de la civilisation de tous les peuples
PH  Poésies d' Homère
PA   Pays Atlantiques, decrit par Homère

H.O. = Homeros Odyssee, De zwerftochten van Odysseus opde Atlantische Oceaan, ed. G.W.J.Janssen. Leeuwarden 2018
Citaten van Homeros: Romeinse cijfers = Ilias, bv  XX,345; Arabische cijfers = Odyssee, bv. 13,34.

Odysseus' Eerste reis
- deel 1: Troje- Gog Magog Hills, Engeland
- deel 2: Ismaros en Kikonen - Bretagne
- deel 3: Lotophagen - Senegal
- deel 4: Cyclopen - Fogo, Kameroen, Madeira
- deel 5: Aiolia en Aiolos - Corvo (Azoren)
-deel 6: Laestrygonen - Cuba, La Havana
- deel 7: Aiaia en Kirke - Schouwen, Zeeland
- deel 8: Hades-Walcheren, Zeeland

Odysseus' Tweede reis
- deel I:   Tenedos-Thanet en de Seirenes;
- deel II:  Skulla, Charubdis -St. Michael's Mount
- deel III: Thrinakia-Cornwall
- deel IV: Ogygia- Azores, Kalupso;
- deel V:   Scheria-Lanzarote;
- deel VI: Ithaka-Cádiz, Jérez