TROJE-GOG MAGOG   |   ISMAROS-DOUARNENEZ   |   KUTHERA-LOTUSETERS   |   CYCLOPEN-FOGO,MADEIRA,KAMEROEN   |   AIOLIA-CORVO   |   LAISTRUGONIË-CUBA   |   AIAIA- SCHOUWEN, ZEELAND   |   HADES-WALCHEREN


ATLANTISCH KUTHERA EN LOTOFAGIA


DE LOTUSETERS

(MAROKKO-SENEGAL-GAMBIA)

Odysseus' eerste reis, deel 3


Legenda kaart Atlantische Oceaan:
Route I: (Janssen) Vanuit Troje door het Kanaal naar de Kikonen in Bretagne, de Lotuseters in Senegal, de Cyclopen in Kameroen, Aiolos op Corvo, de Laistrugonen in La Havana, terug naar Kirke in Zeeland.
Route II: (Wilkens) Gelijk aan I  tot aan Senegal, dan naar de Cyclopen op Fogo, Aiolos op Saba, de Laistrugonen in La Havana, terug naar Kirke in Zeeland.
Route III: (Cailleux) Na de Kikonen naar de Lotofagen op Hierro, naar de Cyclopen op Madeira, naar Aiolos op Corvo, verder gelijk aan I.
Gestreepte lijn: de tot heden gangbare zeil- en handelsroutes over de oceaan.



De golf van Biskaje
Na de rampzalige ontmoeting met de Kikonen (zie deel 2), waarbij hij zes man per schip verloor, in totaal dus 6 x 12 = 72 man, vertrekt hij vanaf deze litus Saxonicum (Bretagne, Baai van Douarnenez) richting Ithaka.

Daarna voeren wij verder, gedeprimeerd en bedroefd, wel
blij aan de dood ontsnapt te zijn, maar met verlies van die makkers.
Maar mijn gekromde schepen zeilden dus niet eerder weg vóór
één van ons driemaal de naam van elk van de maten geroepen
had die, gedood door Kikonen, gesneuveld waren op 't slagveld.
Zeus, de wolkenverzamelaar, zond toen de Boreas-wind met
woeste orkaankracht op onze schepen af: wolken onttrokken
land en zee aan het oog en nacht beheerste de hemel.
Zij werden toen dus dwars op de wind weggezet en de storm die
heftig blies woei de zeilen kapot in drie, ja vier stukken.
Daarom borgen we die, met de dood in ons hart, in de schepen
op en roeiden haastig met alle kracht naar de wal. Daar
      lagen en bleven we liggen twee nachten en dagen aan één stuk
          door, gekweld door pijn, uitgeput van vermoeidheid. (9,62 ev)

De richting die de schepen varen moet, vanwege de orkaanwind uit het noorden (Boreas), zuidelijk zijn. Zij worden dus over de Golf van Biskaje richting Spaanse noordkust gejaagd, waar zij roeiend aan land weten te komen. Daar blijven ze twee hele dagen bijkomen van de ontberingen.
Meer gegevens biedt Homeros niet, zodat het moeilijk wordt de landingsplaats in Noord-Spanje te bepalen. Cailleux meent een oplossing te hebben (PA 45 ) en stelt dat de landingsplaats in Noord-Galicië moet zijn geweest waar de rivier de Ullah stroomt, die naar Ulysses genoemd zou zijn, zoals ook de rivier de Odet, die door Quimper in Armorica stroomt, naar Odysseus vernoemd zou kunnen zijn. De legende die in Galicië verteld wordt over Iago is op zijn minst opmerkelijk. Hij voer met twaalf maten de rivier de Ullah op, op de vlucht voor vijanden, spleet een rots in tweeën met zijn stok en vestigde zich in de plaats Iria Flava, nu Padrón genaamd, waar de pelgrims in de tijd van Cailleux nog op hun knieën een moeizame tocht naar de kerk van St.Iago maakten. Ter vergelijking: Ulysses voer met twaalf schepen de Ullah op na een moeizame tocht over de Golf van Biskaje om aan de vijanden, de Kikonen, te ontsnappen en bleef daar twee dagen, 'gekweld door pijn en uitgeput van vermoeidheid'. "Stok" en "dag" zijn in het Gallo-Germaans bijna dezelfde woorden: dag en dach. Mogelijk wordt in de stad Padrón, genoemd naar 'a large mooring stone called the pedrón', nog steeds de komst van Odysseus, el Padrón, die aan een grote ankersteen afmeerde, door de pelgrims herdacht.
De gegevens van Homeros zijn echter te mager om hierover iets met zekerheid te kunnen stellen.

Kaap Maleia en Kuthera
De volgende geografische punten op Odysseus' tocht naar Ithaka (Cadiz) zijn Kaap Maleia en Kuthera.  Ook hier zijn de gegevens van Homeros' tekst bijzonder gering in aantal, maar de logica dwingt ons eigenlijk maar één kant op.

Toen nu de Ochtend met schone vlechten de derde dag komen
liet, zetten wij de masten rechtop en hesen de witte
zeilen. We rustten, want wind en stuurlui leidden de schepen.
Ik had nu mijn land geheel ongedeerd bereikt, als de golven,
noordenwind en de stroming  mij, toen ik Maleia omzeilde,
niet hadden weggezet en me Kuthera hadden doen missen. (9,76 ev)

Odysseus was bijna thuis en moest alleen kaap Maleia nog om, dat wil zeggen dat hij kaap S.Vincente moest ronden, in Romeinse tijden Promontorium Herculis genaamd. Van Herculis Vincens, de Overwinnende Hercules, is alleen het tweede deel, Vincens, in de huidige naam S.Vincente bewaard gebleven, de zuidwestpunt van Iberië. De Fenicische naam voor Hercules is Melkart of Malios, Melios, Melon, Malika, Milicus, vandaar Kaap Maleia1. De Boreas waait nog steeds hard zodat hij, mede door de tegenstroom vanuit Gibraltar, niet in staat is de kaap te ronden en met de zogeheten Portugalstroom (noord-zuid) langs de kust van Marokko wordt gedreven, waar hij ook nog eens een mogelijke landingsplaat Kuthera mist.
Waar ligt het Atlantische Kuthera? Volgens de route die Homeros aangeeft zou het een plaats ten zuiden van Kaap S. Vincente moeten zijn, dat wil zeggen aan de kust van Mauretanië of Marokko. Kuthereia: 'Kutherische of 'van Kuthera' (8,283) is een vast epitheton bij Afrodite, zodat de plek iets met haar mysteriecultus en orgiën te maken moet hebben. In feite is er maar één plaats die door klassieke bronnen is genoemd en beantwoordt aan de betekenis van de de naam Kuthera. Cailleux (PA 48) identificeert de plaats met El Araich (Larasch) in Marokko aan de rivier de Lixus (Loukkos), waar een oude ruïnestad Lissus ligt, die is gesticht in 1200 v.C. en wellicht genoemd is naar Ulysses. El Araich heeft de stam a-r-k, die ook in Erux (=Sicilië), Iraq en Bro Erech (Bretagne) zit, en betekent 'tuin, lustoord', waar de reïncarnatie-orgiën plaatsvonden en is dus een regionaal centrum van het oeroude druïden-systeem. Volgens de traditie heeft in die buurt een mysterieuze stad Asgard gelegen, een naam die verbonden is met cultusplaatsen als Asgard in Scandinavië en Asciburgium (Middelburg) in Zeeland.2 Antieke auteurs plaatsen daar dan ook de Tuin van de Hesperiden 'Oceani iuxa littus' (=langs de kust van de Oceaan)3. Oude reisverslagen reppen van een soort Mithras-orgie met maagden en mensenoffers, terwijl de naam Kuthera afgeleid lijkt te zijn van het Spaanse cotarro dat "liederlijk of promiscue" feest betekent. Reizigers uit de zestiende eeuw doen het volgende verslag over Ham Lisnan dat vlakbij Asgard ligt:4 'Ze hadden een tempel vlakbij Ham Lisnan waar op bepaalde tijden 's nachts enorme massa's mensen, mannen en vrouwen, bijeenkwamen. Na daar offers gebracht te hebben, deden ze alle lampen uit en had elke man met elke vrouw die hij het eerst aanraakte gemeenschap. De vrouwen die aanwezig waren bij deze afschuwelijk bezigheid mochten echter een heel jaar lang niet met een andere man slapen, terwijl de kinderen die uit deze gemeenschap werden geboren apart werden opgevoed door de priesters van de tempel omdat ze bestemd waren voor religieuze diensten.'
Het verband tussen de Meisjes van het Westen (Hesperiden), Asgard, Afrodite en Kuthera is hiermee wel duidelijk aangetoond.  Ook voor Kuthera, dat bij Homeros niet als een eiland wordt aangeduid, hoeven wij vanwege deze identificatie de Middellandse Zee dus niet op te gaan. Strabo, de Griekse geograaf die bijna de gehele Romeinse wereld gezien had, schreef rond 20 v.C. al dat Homeros zeer goed op de hoogte was van het verschijnsel eb en vloed van het getij van de oceaan en noemde de Atlantische Oceaan zelfs bij name (Strabo I,7). Hij meende dat enkele scènes uit de Odyssee zich beslist op de Atlantische Oceaan afgespeeld moesten hebben, zoals die van Kirke, kleindochter van Okeanos, die van de Faiaken, die zich op een eiland ver van de mensheid hadden teruggetrokken, en die van Kalypso, dochter van Atlas. Strabo citeert geleerden als Poseidonios, Artemidoros en Asklepiades, die veel gereisd hadden. Zo zou Artemidoros de Lotofagen aan de kust van Mauretanië gelokaliseerd hebben (zie hieronder), beschrijft Asklepiades een stad Odysseia met een tempel voor Ulixes en een streek waar Hellenen wonen (zie Inleiding Argos en Hellas)5. Omdat Strabo nog uitging van een positionering van Troje in Klein-Azië, wordt zijn routebeschrijving van Odysseus' reizen geen logisch geheel. Wij kunnen nu aan de bovengenoemde scènes van Strabo de Lotofagen, Cyclopen, Aiolos, Laistrugonen etc. toevoegen, die zich allemaal op de Atlantische Oceaan afspelen.

De Lotuseters
Hoe interessant dit Marokkaanse Kuthera, het aardse paradijs, ook mag zijn geweest, Odysseus vaart eraan voorbij en wordt door een aanhoudende noordenwind verder naar het zuiden gedreven.

Daarvandaan werd ik negen dagen door vreselijke winden
over de visrijke zee gejaagd; op de tiende dag zetten
wij echter voet aan wal bij de Lotuseters, die bloemen-
voedsel gebruiken. We gingen aan wal daar om water te halen.
Naast de snelle schepen gingen mijn maten snel eten.
Toen zij echter verzadigd waren van eten en drinken,
stuurde ik mijn makkers vooruit om te gaan onderzoeken
wat voor mensen er woonden in 't land en wat ze verbouwden.
Twee mannen koos ik uit, een derde fungeerde als bode.
Dus gingen zij onmiddellijk weg en mengden zich onder
hen. De Lotuseters beraamden mijn vrienden beslist geen
kwaad, integendeel, gaven hun lotus om van te proeven.
Wie ook maar van de honingzoete vrucht van de lotus
at had geen zin meer terug te gaan of berichten te zenden.
Nee, ze verlangden daar bij de Lotuseters te blijven,
lotus te eten en niet aan de terugtocht naar huis meer te denken.
Ik moest hen, huilend en wel, met geweld naar de schepen toe sleuren. (9,82 ev.)

Waar moeten we de Lotuseters zoeken?
Hier lopen de auteurs uiteen. Wilkens' opvatting is als volgt: de wind drijft Odysseus' twaalf schepen negen dagen lang naar het zuiden, aangenomen dat met de 'vreselijke winden' nog dezelfde Boreas wordt aangeduid. Dit levert een afstand op van ca. 2500 km (gemiddeld 10 km per uur), zodat de schepen ter hoogte van Senegal-Gambia aan wal moeten zijn gegaan.
Cailleux verstaat er eerder wisselende winden onder die hen alle kanten op blazen en plaatst de Lotuseters op het eiland Hierro (Can. Eilanden) dat op een afstand van ca. 1400 km van Kuthera ligt (gem. snelheid 6 km per uur). Cailleux voert de volgende argumenten aan (PA 52 ev.) voor zijn identificatie:
1. De bloemenspijs waar ze zich mee voeden wijst op de nimf Flora of Chloris (Grieks), die volgens klassieke auteurs op de Insulae Fortunatae geplaatst moet worden waar de doden als mummies werden bijgezet. De bloemen wijzen dus op de Floralia-orgiën (Gr. Anthesteria) aldaar. De naam Lotuseters is af te leiden van loot = ent = ant (Gr. =bloem) en duidt weer op de Floralia. Bovendien is Hierro of Hiera af te leiden van haer, maagd, (Virgen de los Reyes?) hetgeen weer op de orgiën van de Floralia kan slaan
2. Artemidoros, geciteerd door Strabo 3,4,3, zegt 'dat de bevolking ten zuiden van Mauretanië bij de westelijke Ethiopiërs "Lotofagen" heet en zich met lotus voedt, een soort gras met een wortel, maar geen behoefte heeft aan drank en dat ook niet heeft vanwege het gebrek aan water daar, terwijl hun gebied zich uitstrekt tot de streek ten zuiden van Kyrene.' Op Hierro (=Ombrios) is geen water, wel een heilige boom die water oplevert (horizontale dauwregen!).

Tegen de identificatie van Cailleux zijn de volgende argumenten in te brengen:
-het land wordt "vruchtbaar bouwland" genoemd (23,311), hetgeen zonder water moeilijk gaat.
-op Hierro zijn wel veel mummies gevonden, maar die dateren uit een recentere tijd, namelijk vanaf 85 n.C.
-het land van de Lotofagen wordt nergens 'eiland' genoemd en het fragment van Artemidoros slaat ook niet op een eiland. Ik vermoed dat hij het woestijngebied vanaf het westen tot aan Libye bedoelt, dat wil zeggen: Senegal, Mali, Niger, Libye.
- de Floralia kunnen overal plaatsvinden waar Gallo-Germaanse invloeden te vinden zijn, zoals Kaap-Verdië, Madeira, Azoren, die allemaal tot de Insulae Fortunatae behoren en kennelijk ook op het Afrikaanse vasteland rond Ham-Lisnan.



Ik denk dat Senegal de beste optie is. De etymologie ervan is niet eenduidig. Mogelijk is het afgeleid van Sene-Gallia, dat wil zeggen een vestigingsplaats van Galliërs uit het Seinegebied (vergelijk het druïdische eiland Sena, Séné). Tegen Senegal pleit echter dat het als Sahelland niet echt een vruchtbaar bouwland is, behalve rond de rivieren Gambia en Senegal en ten zuiden van Gambia in het Casamancegebied (pinda's en katoen), maar ook hier kan, net als op Lanzarote, sprake zijn van klimaatverandering door opdroging van de Sahara vanaf 6000 v.C. De drie grote rivieren van Gambia en Senegal zijn tevens getijderivieren, die voor reinigings- en reïncarnatierites en orgieën in aanmerking komen. Dat er een aloude beschaving in Senegambia geweest is bewijzen de archeologische vondsten vanaf de steentijd. Er zijn zeer veel megalithische monumenten bewaard gebleven.

Een van de steencirkels in Wassu, Gambia

De lotus is volgens Wilkens (p.234) een variant van de Provençaalse micocoulier, en wel de "lotusboom" ofwel Celtis (netelboom) met olijfachtige vruchtjes die een zoetige smaak hebben, zoals dadels. Plinius geeft de naam Ziziphus Lotus, waarvan de vruchten door de traditionele Chinese genezers voorgeschreven worden als rustgevend slaapmiddel.

Ziziphus Lotus

Je kunt je wel afvragen of Odysseus' mannen voor deze lotusplant het zeeleven en hun vaderland zouden willen opgeven.
Hoewel Homeros de orgiën niet met name noemt, zou de aanduiding "bloemenvoedsel" er zeker naar kunnen verwijzen en zouden de reïncarnatie-orgiën van de Floraliacultus een extra aantrekkingskracht op de mannen kunnen hebben, gezien de maatregelen die Odysseus moet nemen om hen binnen boord te houden!

    Daarna bond ik hen vast in de schepen met touw aan de banken.
    Toen beval ik de rest van mijn trouwe maten direct aan
    boord van de snelle schepen te gaan, zodat niemand bij toeval
    lotus zou eten en dan zijn terugkeer naar huis zou vergeten.       (9,99 ev.)     
                                                            
Het getal negen (negen dagen varen) geeft, zoals gebruikelijk bij Homeros, een verband met Nehalennia en het inwijdingstraject in de nieuwe religie aan (zie Inleiding Nehalennia en Religie in H.O). Odysseus verkeert als het ware in de voorfase van de inwijding die later bij Kirke plaatsvindt. Hij is nu nog de oningewijde barbaar, belust op geld en vrouwen, die "raids" in vijandelijk gebied houdt zoals bij de Kikonen. Het verhaal van de Lotofagen geeft echter een kentering aan: Odysseus weet zich te beheersen en geeft geen gehoor aan de verleidingen van de lotus (drugs) en mogelijk vrouwen (Floraliafeesten).

Hoe kort het verhaal over het traject Kikonen-Lotofagen ook is, het geeft duidelijk de drie gelaagdheden van de Odyssee aan, zoals die in de Inleiding Troje zijn beschreven.
Onder het oppervlak van het mythologische verhaal zit een routeboek voor de zeevaarder verborgen, waarbij een aantal aanwijzingen naar voren komen:
- De Golf van Biskaje, uitgedrukt door het traject Douarnenez- Galicië, kan zeer gevaarlijk zijn, maar een landing op de kust van Noord-Spanje kan soelaas bieden.
- Het ronden van het Kaap Maleia kan bij een noorderstorm en stroom tegen onmogelijk zijn, maar er is langs de kust van Marokko een aangename landingsplek bij de rivier de Lixus en El Araich.
-Op negen dagen varen met een gunstige noordenwind is een landingsplaats waar vers water te halen is in een van de rivieren van Senegambia. Vandaar uit kan men de oversteek naar de Caraïben maken.
De derde laag is het tien-jarige inwijdingstraject in de nieuwe wedergeboortereligie waarin Odysseus zich bevindt en waarin hij met vele beproevingen te maken krijgt. Hij doorstaat bij de Lotofagen een eerste test: drugs (en vrije seks). De oude feodale reïncarnatierites van de Floralia, die al bij de Kikonen ter sprake zijn geweest, worden zijdelings aangeduid door Kuthera en het "bloemenvoedsel" van de Lotofagen.

Conclusie
De gegevens van Homeros zijn te summier om met zekerheid de route van Odysseus na de Kikonen te bepalen. Op grond van rationele argumenten kunnen we echter stellen:
- dat Odysseus de Golf van Biskaje oversteekt en ergens in Galicië twee dagen rust houdt;
- dat hij door de noordenwind langs kaap Maleia oftewel Cabo S.Vincente gedreven wordt en de afslag naar Cadiz mist;
- dat hij een stad of regio Kuthera voorbijvaart, die aan Afrodite is gewijd en op grond van oude bronnen met de Tuin van de Hesperiden gelijk te stellen is. El Araich in Marokko is eigenlijk de enige optie voor de locatie ervan.
- dat de Lotuseters dan in Senegal gesitueerd moeten worden op grond van de afstand en het getal negen (Nehalennia contra Floralia), het feit dat Lotofagia geen eiland maar een "land" (gaia) is, de etymologie van Sene-Gallia, de aanwezigheid van drie grote getijderivieren, waar Odysseus in elk geval water kon halen maar die ook voor de wedergeboorteriten van belang zijn en de archeologisch vindplaatsen.
-dat de drie lagen van de Odyssee ook in dit traject kunnen worden aangewezen.


Afkortingen voor de boeken van  Th. Cailleux:
OC  Origine celtique de la civilisation de tous les peuples
PH  Poésies d' Homère
PA   Pays Atlantiques, decrit par Homère

H.O. = Homeros Odyssee, De zwerftochten van Odysseus opde Atlantische Oceaan, ed. G.W.J.Janssen. Leeuwarden 2018
Citaten van Homeros: Romeinse cijfers = Ilias, bv  XX,345; Arabische cijfers = Odyssey, bv. 13,34.


Odysseus' Eerste reis
- deel 1: Troje- Gog Magog Hills, Engeland
- deel 2: Ismaros en Kikonen - Bretagne
- deel 3: Lotophagen - Senegal
- deel 4: Cyclopen - Fogo, Kameroen, Madeira
- deel 5: Aiolia en Aiolos - Corvo (Azoren)
-deel 6: Laestrygonen - Cuba, La Havana
- deel 7: Aiaia en Kirke - Schouwen, Zeeland
- deel 8: Hades-Walcheren, Zeeland


Odysseus' Tweede reis
- deel I:  Tenedos-Thanet en de Seirenen;
- deel II:  Skulla en Charubdis - St.Michael'Mount
- deel III: Thrinakia - Cornwall
- deel IV: Ogygia- Azoren, Kalupso;
- deel V:  Scheria-Lanzarote;
- deel VI: Ithaka-Cádiz, Jérez